TK BUNSBEEK NEEMT AFSCHEID VAN JOS CLEYNEN

Jos CleynenNa het verlies van één van de trouwste supporters en medewerksters van Toekomst Bunsbeek, Paula Neuteleers, moet de club nu ook afscheid nemen van een waar icoon. Jos Cleynen, die er bij was van bij de start is overleden op 92 jarige leeftijd. Zo lang als hij kon, kwam Jos naar "de voetbal" maar de laatste tijd was hij wat minder goed te been. Wij wensen hem als club te bedanken voor al zijn inspanningen en plaatsen als eerbetoon het interview met hem ter ere van 60 jaar Toekomst Bunsbeek nog eens online. 

JOS CLEYNEN, EEN LEGENDE.

Begin mei bezochten we het monument Jos Cleynen, in Bunsbeek ook gekend als Jos van Vanham. "Vanham" was lang de ziel van de gemeente Bunsbeek, de plaats waar iedereen alles te weten kwam, een "lameerkot" noemt Jos zijn vrouw het. "En Vakke was de grootste lameer". Iedereen kocht er zijn charcuterie en roddelboekjes en je kon er ook terecht voor een frisse pint en een babbel over het reilen en zeilen in Bunsbeek. Nostalgie ten top en een perfecte setting dus, want Jos zal ons veel kunnen vertellen over de oprichting van de club. Gelukkig is hij nog erg goed bij verstand en heeft de ouderdom weinig vat op hem. Op zondag kan je hem klokslag 10u terugvinden aan toog in de kantine, waar hij gaat bijpraten met Alfons Crab, de man die jaren de boekhouding van de club voor zijn rekening nam.

We bellen aan rond half zeven, de koers passeerde net in de Boeslinterstraat. Astrid, de dochter van Jos doet samen met haar drie honden de deur open en brengt ons naar de living, waar Jos rustig TV zit te kijken in zijn zetel. Zijn vrouw komt er ook bij en pakt Jos zijn hoorapparaat uit zijn "doos", want beiden hebben ze een doos met attributen voor hun gezondheid. "Een pintje?" vroeg ze, waarna ze met een blonde Leffe voor de dag kwam. Hopelijk drinken ze daar geen Leffes als pintjes, want het zou een zware rit worden in dat geval!

Een pen was ik thuis vergeten, dus moesten we er eentje lenen. "Ne reporter zonder bik?" reageerde Jos scherp. “Wat moet ge weten?" opende hij het gesprek.

Via via hadden we vernomen dat Toekomst Bunsbeek niet de eerste voetbalclub in Bunsbeek was en dat er in Boeslinter een club was opgericht in 1948 met de naam Sporting Club Bunsbeek. Als er iemand hier iets over zou weten, dan moest het Jos wel zijn. "Ja, dat was de club van Boike hé, die speelden op de steenweg naar Hoeleden, waar vroeger een boske was, ergens aan de wei van Michiel, tegenover de wei van "Beste". De kleedkamers waren bij Boike (voor de jongere lezers, café "de Herberg") waar ze nu de duiven korven en Fille van Boike die kuiste de schoenen, want niet iedereen had schoenen in die tijd, die werden geleend van Fille. Schoenen, voorzien van een nummer, met koperen nagels onder de schoen geklopt. Jef van Vanham (Jos zijn broer en eigenaar van de winkel) had de "lefkes" gekocht voor die ploeg, ze speelden in rood/geel. Er speelden veel mannen van Houtem en Kapellen in die tijd. Kurreke van Houtem, Heeren van Kapellen (de verver), Jos van Morres, Louis Andries (keeper), Vanherrewegen, Jef Harry, Nei van Boike en Rik van Boike. Die laatste heeft daar Maria leren kennen... En dan had ge hun beste speler notaris Gerard Janssens uit de Spiegelstraat, die vertrok uiteindelijk naar de Voorwaarts. Het bestuur verkocht uiteindelijk de doelen, en het hout werd bij één of andere verbouwing gebruikt. Dat betekende het einde van de club in 1954."

Na 1954 was het stil in Bunsbeek en voor voetbal kon je enkel terecht in de omringende gemeenten. Tot er dus de samensmelting was tussen de toneelvereniging en de nachtratten, een gelegenheidsploeg. "De ploeg werd gestart in 1955 bij Jeppe, waar nu Pizza Napoli is. Dat was een café waar een pak volk over de vloer kwam. Het plein was in 't Broek en de kleedkamers waren in't kiekenkot bij Mille van Brunkes. Dat plein was één en al modder, ge had een groei nodig om u uit te graven en dat kiekenkot staat er nog altijd! Het origineel bestuur startte in 1955 en bij de verkiezingen van nieuwe bestuursleden bij de jaarwisseling, kwam ik erbij, een half jaar na de start dus. Jef Mil­liaux en de oudere generatie stopte vrij snel met het bestuur. Die oude mannen, die konden dat niet trekken hé. Buelens, die herinner ik mij ook nog, dat was de crème boer, hij stootte de kar en op de kermis stond hij snoep te verkopen."

Tussendoor vermeldt Jos zijn vrouw regelmatig dat ze veel alleen gezeten heeft, maar er nooit iets van gezegd heeft. De twee verstaan elkaar goed, ze gunnen elkaar een eigen leven. Mooi om te zien.

“Op de steenweg was het plein eigenlijk te klein om te kunnen voetballen; Voor 3 extra meter van de familie

Coenen moesten ze een kar bieten geven. Als het dan voetbal was, dan deden ze de "gril" open bovenop de berg, aan Lowis (het café dat later "Café Op De Berg" werd). Er kwam wel wat volk op af, de ganse berg stond vol en Marcel Giedts kwam dan met de kas rond en daar konden we dan net Briezen, een speler van Antwerpen, of de arbiter mee betalen. We hebben toen zelfs een afdak gezet waar Vanoeveren reclame van het bier Leopold op had gezet, toen hebben we nog ambras gekregen met de belastingen. Gijle zijt toch in orde met de belastingen hé? Want Fons is ne keer tegen mij bezig geweest dat ge op die nieuw reclamepanelen belastingen moet betalen terwijl dat geverfde reclame niet nodig was. Ni voor 't één of 't ander zenne..."

We stelden Jos uiteraard gerust dat we van alles op de hoogte zijn. Zijn club is in veilige handen.

"Douches waren daar natuurlijk ook nog niet. De bezoekers konden zich wassen bij Nie Coenen in een baseng water op een gasvuur en de thuisploeg mocht zich bij Jeppe gaan wassen. Verlichting was er ook niet, enkel bo-venop de berg, ene paal met een lamp van 100 en ze haalden stroom bij Milleke om de lamp te doen branden. Van jeugdploegen was nog geen sprake, enkel een eerste ploeg en reserven... Ja, 't was niet ideaal dat veld, voor de match moesten we ook nog koestrontvan het plein halen, dat was bij-Sporting club Bunsbeek ook het geval trouwens. Ah ja, dat was een wei hé."

Jos vertelde alsof het gisteren was, amper sleet op zijn geheugen, maar toch kloeg hij dat hij veel vergeten was. Er was amper iets van te merken...

"Na de steenweg dachten ze eerst naar de Vissenakensteenweg te verhuizen, maar ze zijn terecht gekomen bij Marcel (de melkboer) en André Pierlet. Die broers waren eigenaar van het terrein aan de Vlaasstraat en André speelde mee in Bunsbeek. Ik heb verschillende keren gezegd dat hij maar op één helft mocht spelen, ah ja, de andere helft was van zijn broer hé. Maar 't was gene slechte hoor, hij nam penalty's zonder aanloop. Hij stond naast de bal en werd nerveus als de arbiter niet floot. Nu moeten ze allemaal een aanloop nemen... Jos van de Bariejel zijn broer Richard speelde ook mee op de stopper, die ging goed door, nen echte beenhouwer. Maar als de arbiter floot, zei Richard niets en de arbiters lieten hem gerust. Verlichting was nog altijd een probleem op het nieuwe plein. Bij Vranckx onder den hangaar gingen we licht halen, dat hing dan tussen de Canada bomen achter de goal. Later heeft de gemeente palen gezet. Ik ben in die tijd ook eens met Jef de Slachter mee geweest om ne speler te gaan kopen, Johnny Massart. Die koste ons toen 5000 frank. Jef nam dat uit zijne jas en Johnny was van ons. Ze kregen altijd hun geld..."

Uiteraard had Jos ook veel bestuursvergaderingen meegemaakt, hij was actief bestuurslid van 1956 tot in de jaren 2000. Als geen ander weet hij hoe moeilijk het soms is om een club te laten leven, zonder jezelf in moeilijk-heden te brengen.

"In't begin vergaderden we altijd bij Jeppe in 't café of in 't bijhuis, als er te veel volk zat. Dat was een goei café zenne, meester Sinap ging daar ook altijd kaart spelen. Toen we een eigen kantine had was Jeppe wel ni goed gezind, maar ja. Eind jaren '70 nam dokter Heuvelmans de taak van voorzitter over. Die dacht dat hij op Ander-lecht zat, hij wou zelfs een eigen bureau, maar dat ging niet hé... En dan Fred hé, ne goeie voorzitter, die maakte geen schulden. We hebben wel ooit eens 75000 frank van de brouwerij geleend, en dan zaten we vast aan Leo-pold bier, dat wel... Om extra geld in kas te krijgen werden er dan bals georganiseerd in de Blauwe Zaal (de Ton in de schoolstraat) met Johnny White, dat moet in de jaren 60-65 geweest zijn. De Strangers zijn ook eens geko-men, die hadden toen ambras onder elkaar. Wij hebben maar 6000 frank moeten betalen via via ; ze hebben zich toen nog omgekleed bij Maurice van 't Bijl, dat is dat huis in de Schoolstraat waar die met zijn security nu zit."

"Ja, en ik ging nooit mee", merkte zijn vrouw op. "Ik ben gebonden aan Kerkom!"

"Supporters hadden we natuurlijk ook. We gingen altijd in groep naar verplaatsingen, eerst met de camion vol stoelen, later met nen oude autobus. Pas op, ge moest daar in zitten met de paraplu, want het regende binnen. Ja dat was zo in die tijd hé, enkel Jef van Pasje en Feij van Michiel hadden een auto en Fille Piet had ne camion. En Marcel Giedts, die ging rond op de camion met zijn kas. Daar is toen iets gebeurd met geld waardoor Marcel uiteindelijk de club verlaten heeft, maar daar weet ik het fijne niet van."

De naam Felix Vanhellemont wordt nog steeds gelinkt aan Toekmost Bunsbeek, maar voor velen is hij de foto in de kantine. Jos doet graag zijn verhaal over Felix, in die tijd één van zijn beste vrienden.

"Felix was niet van de voetbal hé, hij was aangesloten bij Voorwaarts Tienen, en bij ons ingeschreven als Jef. Het was gene simpele zenne, want als de arbiter in zijn ogen slecht had gefloten en hij kwam de kantine binnen om iets te drinken dan ging Féke er op af en zei hij : Arrej gij, buiten! Maar ja, Feke had altijd "een stuk oep" hé. Naast de voetbal deed bij ook de duiven bij Boike. In '79 is hij dan verongelukt. We zaten nog met twee, drie man in de kantine en we wilden sluiten. Féke wou nog naar Margrit gaan in Lovenjoel en in Kumtich reed hij op ne camion. Het was zijn tweede accident ; de eerste keer had hij gewoon glas in zijn ogen gehad. Ja, de Jordens hork Lovenjoel, daar kwam hij graag. 's Morgens kregen we te horen dat hij dood was."

Het is duidelijk dat het nog altijd wel even slikken is voor Jos, ook al is hij van het gedacht dat Féke gewoon mee had moeten sluiten en naar huis gaan. Hij begint dan ook over de situatie van vandaag.

"Vroeger kwam er een pak volk in de kantine op zondag, als ge van dienst waart, dan kon ge enkel een half uur naar huis gaan om te eten en verder zat ge de ganse dag op de voetbal. Boenkvol, ge kon die mannen ni volgen, zo dronken die... Vranckx zat daar tussen, aan die deur van de keuken. Nu komt er nog vijf, zes man. Rik Michiels en Jean Plancken met zijn helicopter ... haha. Fons Crab en af en toe lange Frans, beiden van de belastingen. Ik heb gehoord dat die daar vroeger sla en kool kweekten op hun vensterbank. Nu, die werden overal wel goed getrakteerd, want ze waren van de belastingen en bovendien kenden ze alle cafés... haha. Maho'ke komt ook regelmatig. Ik vraag hem altijd of hij geen familie is van die mannen van 't oud ijzer... haha"

De kantine van Bunsbeek, moesten die muren kunnen spreken... Veel mensen maakten daar prachtige momen-ten mee en koesteren die herinneringen hun ganse leven. Zonder Boerre was de kantine er waarschijnlijk niet eens geweest.

"Ah ja, wie heeft die kantine gezet? Boerre hé! Hij maar metsen, en lelijk doen tegen de rest die ni kon metsen. Later was het dak dan kapot geraakt, dat was een plat dak met roofing, maar roofing gaat kapot hé, dus regen-de het binnen en dat liep de bofte van de elektriciteit binnen. Dat was de oorzaak van de brand naar 't schijnt. We hebben toch terug getrokken van de verzekeringen! Ze hebben dat dak dan gemaakt en toen regende het in de keuken binnen, haha. Toen heb ik tegen Boere gezegd dat hij ne zift over den afloop moest zetten, zodat die bladeren de boel ni zouden verstoppen. Boerre kwam dan af met een stuk zift, maar ik ben er andere gaan halen. Mijne was veel steviger!"

Ook op sportief vlak had Jos veel spelers zien komen en gaan. We vroegen hem om de meest memorabele of beste spelers even op te noemen.

"Ik herinner mij dat we ooit in Averbode moesten gaan spelen en we hadden ne jong opgesteld die geen 16 jaar was. We wonnen daar 0-1 en hij maakte de goal. Ene van Betekom heeft hier ook gespeeld, Swa. Dat was gene normale, die reed trein met Guy Adolf. Hij bukte zich ooit toen hij het station van Antwerpen binnen reed. Ie-dereen in paniek, ne trein zonder chauffeur! Haha, hij is uiteindelijk afgedankt. Maar ja, er hebben er zo veel ge-speeld hé. De betere zijn voor mij Guy Fransen, ne keeper, Bollaerts, Mathijs, Willy Mertens (ne goeie buiten-speler!), André en Pol Pierlet en natuurlijk de Vossen hé. Da's familie van u, da weet ge toch? Louis, als de match gedaan was, bleef die toerkes rond het plein lopen...De zot. Maar fysiek was hij natuurlijk de sterkste."

Na ruim twee uur praten over een ver verleden wordt Jos moe. Hij besluit het gesprek met een opmerking over het lijnen kalken.

"Vroeger moesten we dat allemaal doen met ne borstel en nen emmer, daarna met een machine met ne riem onder en dan droge kalk, maar dat mag niet meer, nu verven ze dat!"

"En gij hebt zeker geborsteld met de borstel en den emmer?" vraagt zijn vrouw.

"Nee, ich ni" antwoordt Jos.

"Wel pinten drinken, maar werken, da ni" knipoogt zijn vrouw.

Wel, het is te hopen dat de pinten gesmaakt hebben, Jos!

"Zeker en vast! Ik ben ooit ook eens mee naar Duitsland geweest met de eerste ploeg, maar daar ga ik niks over vertellen zenne, da's 't beste!"

Ploeg

Jos Cleynen